maandag 31 maart 2014

Vanmiddag, 31 maart 2014, is om tien voor half drie mijn moeder overleden op 80 jarige leeftijd.

Na haar hersenbloeding van oktober 2012 ging het langzamerhand steeds slechter met haar. Hoe verdrietig ik ook ben nu, ik ben blij dat haar nog meer aftakeling bespaard is gebleven.

Mamma was een sterke vrouw, en moeilijke vrouw soms, want zo eigenwijs als wat, maar uitermate zorgzaam. Tot aan haar laatste adem heeft ze willen zorgen door ons – wij waren er allemaal bij, mijn broers, zussen en ik – op het hart te drukken op elkaar te blijven letten. En ofschoon ik er een hard hoofd in heb dat dat daadwerkelijk gaat gebeuren, neem ik haar woorden ter harte.

Als kind uit de jaren 30 crisis met de Tweede Wereldoorlog als decor voor haar opgroeien als jonge puber, heeft zij vanaf eind jaren veertig, toen zij er vanaf haar vijftiende levensjaar alleen voor stond, méér dan hard gewerkt als verpleegkundige in het Sint Joseph Ziekenhuis te Gouda en het Academisch Ziekenhuis te Leiden. Het waren vreemden die haar opvingen in die eerste jaren na de oorlog en die voor haar zorgde als ware zij deel van die familie.

Moeilijk kreeg ze het toen ze als leerling-verpleegkundige uit het raam viel van de eerste verdieping van het Sint Joseph Ziekenhuis waar ze van de nonnen de opdracht kreeg om, half uit het raam hangend, de ramen te zemen. Het was een tijd van sterke hiërarchie en afgedwongen respect op basis van positie. Ze brak haar rug op verschillende plekken.

Haar sterke karakter toonde zich door, na haar revalidatie, haar opleiding tot verpleegkundige af te maken in het Academisch Ziekenhuis om vervolgens de kraamaantekening – het zogenaamde ooievaartje – te gaan halen in de Rijkskweekschool voor Vroedvrouwen te Rotterdam. Ze slaagde met vlag en wimpel!

Moeilijk kreeg ze het toen ze in de jaren 60 niet gepland in verwachting raakte van mij. Een zogenaamde schande was het! Talloze mensen hebben op haar ingepraat om het kind af te staan, inclusief haar eigen moeder. De vrouw die haar altijd verweten had – letterlijk – dat ze geboren was! De uitkomst van het verhaal is dat als ze geluisterd had naar die kwade tongen ik nu niet dit verhaal had zitten tikken.

Na vier en een half jaar met mij alleen te hebben geploeterd, trouwde mamma met een weduwnaar met zes kinderen. Deze zes, inclusief het zusje dat uit deze verbintenis voortkwam, heb ik altijd als mijn broers en zusters beschouwd. Het was weer een moeilijke tijd voor haar. Altijd alleen thuis, de zorg hebbend voor acht kinderen, gaat niet in iemands koude kleren zitten.

Moeilijk kreeg ze het toen ze haar kleindochter Melissa en haar kleinzoon Pieter aan de dood moest afstaan. Vol vuur heeft ze gebeden voor hun zieleheil in de overtuiging dat ze in hemelse sferen verkeren en haar zullen opwachten wanneer het haar tijd zou zijn.

Naast alle zorg voor het gezin had mamma altijd tijd voor vrijwilligerswerk. Als lector in de kerk, als lid van het kerkbestuur, voor de vereniging Kattenzorg en nog vele andere instanties. Nooit heeft mamma daar een officiële erkenning voor gekregen en ze verdiende wel twee lintjes!

Ja. Mamma was eigenwijs. Deed alles op haar manier en alles moest ook gaan zoals zij vond dat het nodig was. Dat heeft niet iedereen haar, gedurende haar leven, in dank afgenomen, maar het laat onverlet dat zij zich, met niet aflatende inzet, druk heeft gemaakt om allerhande maatschappelijke zaken waarvan zij vond dat die verbetering behoefden.

Moeilijk kreeg ze het toen het leven zich aan haar toonde in alle ongemakken die een mens maar kan bedenken: kunstheup, kunstknie, kunstvingergewricht, het afzetten van een pink, schildklier, diabetes, een hartkwaal, een pacemaker, artrose, reuma en de wagonladingen medicijnen die geslikt moesten worden.

Toen twee jaar geleden, redelijk plotseling, pappa overleed stond ze er feitelijk weer alleen voor. Haar wil om dingen te ondernemen werd zwaar bemoeilijkt door alle lichamelijke ongemakken. Het viel haar zwaar, heel zwaar.

Nog moeilijker werd het toen er zich, anderhalf jaar geleden, een hersenbloeding voor deed en één van de belangrijkste lichamelijke functies, schrijven, voor haar onmogelijk werd. Langzaamaan kon ze minder en minder, ondanks alle hulp en hulpmiddelen die we voor haar aanvroegen en regelden.

Vanmiddag sloot mamma haar ogen. Voorgoed. Onder de klanken van haar geliefde “Veni Jesu Amor Mi” dat wij bij haar hebben aangezet. Moegestreden en op. Echt op!

Lieve mamma, boven wachten wat mensen op je: pappa met een dikke sigaar en een grap waar hij zelf het hardst om lacht, Pieter met een practical joke en Melissa met haar armpjes wijd naar je uitgestrekt. Geen pijn meer, geen beperkingen meer. Rust zacht. Ik hou van je!

In paradisum deducant te angeli;
in tuo adventu suscipiant te martyres

et perducant te in civitatem sanctam Jerusalem.
Chorus angelorum te suscipiat
et cum Lazaro, quondam paupere,
aeternam habeas requiem.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten